zondag 9 december 2012

Les 7

Lesfiche en OLG

1. Het ontwikkelen van een lesopdracht


Ik heb voor het materiaal inkt/bister gekozen. Ik vond het nog leuk om mijn opdracht uit te voeren want ik had nog nooit zoiets gedaan. Ik ben eerst op onderzoek uitgegaan naar de Griekse amfora en de mythische figuren. Ik ben denk ik wel creatief geweest want ik heb er mijn tweede vak (Geschiedenis) ook bij betrokken. De leerlingen leren hoe ze op een simpele manier het profiel van een mythisch figuur op papier kunnen zetten. Ik ben begonnen met brainstormen over welke figuren ik juist kon gebruiken. Toen ik het zeker wist heb ik ze zacht op mijn blad geschetst. De compositie van de figuren en de randversiering is heel belangrijk want dit draagt ook bij aan het affect: trots, heldhaftig, oud. Daarna heb ik de figuren opgevuld met zwarte inkt. Bij deze fase zal ik de leerlingen moeten begeleiden want als ze de figuren helemaal zwart doen, zal bv. de kledij niet meer zichtbaar zijn. Als de inkt droog was, ben ik er overgegaan met bister. Door de bister wat af te deppen, krijgt de creatie een oud effect.

2. Het invullen van een lesfiche

- Sfeerschepping: Aan de hand van een filmpje zal ik het affect van de les aanbrengen. Het is (jammer genoeg) een Engelstalig fragment uit de disneyfilm Hercules. In het filmpje neemt Hercules, die zijn krachten kwijt is, het op tegen een cycloop:
http://www.youtube.com/watch?v=H4B5xbgYCF8
Ik zou ook nog een filmpje van de disneyfilm De kleine zeemeermin laten zien waar de zeeheks enorm gegroeid is waardoor ze heel bedreigend en machtig lijkt.


- Inleiding:

O: mythische figuren
A: heldhaftig, trots, klassiek (oud), macht
P: m: inkt, bister, papier, pen en penseel
    t: schilderen, stilistisch tekenen
    Ba: kleur, vorm, compositie, lijnvoering

KB:


Detail van koningin Nefertari's graf

-> De goden werden in profiel afgebeeld en ook altijd veel groter dan de gewone mens. Hierdoor straalden ze veel meer macht uit.

- Opdrachtformulering: De leerlingen tekenen een heldhaftig mythisch tafereel in de tekenstijl die je terugvind op de oude Griekse amfora. De manier van tekenen, de techniek van het invullen van de figuren en de compositie zorgen dat de creatie een heldhaftig, machtig, trots maar ook oud gevoel geeft.

- Uitvoeringsfases:

Fase 1: 
Zoeken wat informatie op en brainstormen over wat ze op hun blad zullen zetten. Als ze beslist hebben tekenen ze hun figuren met potlood (M) in profiel op hun blad. Door strak en stilistisch (Ba & T) te tekenen lijken de figuren heldhaftig en machtig (A). De compositie is ook heel belangrijk (Ba). Daarna verzinnen ze ook al wat randversiering. Dit mag heel eenvoudig zijn zodat de figuur in het midden meer uitkomt.

M: potlood, papier
T: stilistisch tekenen
Ba: lijnvoering, vorm, compositie

Demonstratie: Ik kan laten zien op welke manier ze juist hun figuren op papier kunnen zetten. De verschillende houdingen die een figuur kan aannemen en hoe de compositie een rol speelt. Ook de vorm is belangrijk. Als je bijvoorbeeld Hercules kleiner gaat tekenen dan de leeuw dan ziet hij er al niet zo machtig meer uit.

KB:
File:Otricoli Zeus - 1889 drawing.jpg

Amfoor Herakles en Appolo          Zeus                          Hermes                                













 Beginsituatie

Fase 2: 
Als hun tekening compleet is kunnen ze beginnen met het opvullen van de figuren. Ze kunnen volgens twee technieken werken. Eerst met inkt de figuren invullen en dan met bister de achtergrond of eerst met inkt de achtergrond invullen en dan met bister de figuren. Niet te veel water gebruiken want anders verkrijg je niet het juiste affect. Dan krijgen ze ofwel een zwartfigurige ofwel een 'roodfigurige' tekening.

M: inkt, bister, profielpen, penseel en papier
T: schilderen
Ba: Kleur

Demonstratie: Ik kan demonstreren hoe ze zo een figuur juist kunnen invullen zodat er zonder gradaties in het zwart toch details aanwezig zijn.

KB:


        Zwartfigurig                      Roodfigurig

Fase 3:
In de derde fase kleuren ofwel ze de achtergrond ofwel de figuren met bister. Het is te zijn welke manier van opvullen ze gekozen hebben. Door dit kleurencontrast (Ba) komen de figuren naar beter uit en lijken ze trots en heldhaftig (A). Je kan de achtergrond afdoppen met een doekje zodat het lijkt alsof het oud is.

M: inkt, bister, penseel en papier
T: schilderen, deppen
Ba: kleur

Demonstratie: Ik kan tonen hoe ze door een bepaalde manier van afdoppen een soort patroon kunnen verkrijgen in de achtergrond.

Eindresultaat




3.Het voorbereiden van een demonstratie

Stappenplan

1. Blad opdelen in 3 stroken. Een grote strook in het midden en twee smallere stroken langs de rand.
2. We trekken eerst met pen een strakke contour.
3. Daarna brengen we details aan, zorg ervoor dat je witruimte laat want anders zullen de details niet zichtbaar zijn.
4. Uiteindelijk vullen we de figuur op. Zorg ervoor dat er niet veel water bij de inkt is want anders krijgen we niet het gewenste affect.

Aandachtspunten

- Mouwen omhoog want inkt geraakt niet makkelijk uit de kleren
- Geconcentreerd werken

OLG

- Op welke manier zijn deze figuren voorgesteld?
- Welk kleuren worden er gebruikt? Waarom zou dit zo zijn?
- Aan wat doet dit jullie denken?



Bronnen

Opgeroepen op december 7, 2012, op http://www.thorvaldsensmuseum.dk/en/collections/work/H544/zoom.

DAVE PAPE.Otricoli Zeus. Opgeroepen op december 7, 2012, op http://en.wikipedia.org/wiki/File:Otricoli_Zeus_-_1889_drawing.jpg.

Opgeroepen op december 7, 2012, op http://eternalgodliness.punt.nl/?id=543333&r=1.

Opgeroepen op december 7, 2012, op http://www.thorvaldsensmuseum.dk/en/collections/work/H540/zoom.

THE YORCK PROJECT. Herakles en Athena. Opgeroepen op december 7, 2012, op http://en.wikipedia.org/wiki/File:Athena_Herakles_Staatliche_Antikensammlungen_2301_A_full.jpg.

Opgeroepen op december 7, 2012, op http://www.egyptegids.be/harim6.htm.


maandag 3 december 2012

Les 6

Reflectie OLG

Ik heb zelf niet voor de klas kunnen staan maar ik heb wel wat bijgeleerd uit de voorbeelden. Bijvoorbeeld dat je gesloten vragen moet vermijden maar dat het soms wel eens mag. Je moet proberen om je leerlingen mee te krijgen in het gesprek en je moet zelf ook enthousiast overkomen natuurlijk. De vragen 'Hoe voelen jullie je daarbij?' of 'Welk gevoel roept dit bij jullie op?' waren veel gestelde vragen en zijn eigenlijk niet zo goed. Ook moet je inspelen op de antwoorden van je leerlingen en niet altijd streven naar juist dat ene woord dat je zelf in je hoofd hebt. Je zorgt er ook voor dat het duidelijk blijft voor de leerlingen en dat je niet te snel gaat.